Rob de Wijk: 'Door corona is de toekomst dichterbij gekomen'

Rob de Wijk is geschiedkundige en deskundige op het gebied van internationale betrekkingen en veiligheidszaken. Hij is tijdens het NARIM Congres spreker van de subsessie ‘De nieuwe wereldorde’.

 

 

   

    

Hoe kijkt u tegen een virtueel congres aan?

‘Ik heb al diverse lezingen gegeven tijdens virtuele congressen. Het is anders omdat het persoonlijk contact met de zaal er niet is. Normaal gesproken reageer ik op datgene wat er in de zaal gebeurt. Dat kan, omdat ik mijn lezingen altijd uit het hoofd doe. Nu is die interactie er niet. Maar iedereen past zich aan, we kunnen simpelweg even niet anders.’

Uw inleiding heeft als titel ‘De nieuwe wereldorde’. U bent van mening dat China in 2049 wereldleider wordt. Heeft deze afgelopen periode daar nog iets in veranderd?

‘Het is versneld. Aan het wereldleiderschap van China zijn grote risico’s verbonden. Een daarvan is dat Europa in toenemende mate een wingewest van China wordt. Door de opkomst van China worden mondiale bevoorradingsketens heel anders ingericht. Maar willen we dat als Europa? Daar moeten we goed over nadenken. Dat is een taak voor Brussel maar zeker ook voor de zakenwereld. De toekomst is door corona dichterbij gekomen.’

 

Kunnen we de situatie nog ombuigen?

‘Dat denk ik niet. We zijn hierin ook afhankelijk van de Verenigde Staten en zij hebben een moeizame verhouding met China. Als dit zich zo doorzet, raken de Verenigde Staten steeds verder geïsoleerd. En als men in Amerika denkt dat ze het alleen kunnen… dat is in de geschiedenis nog nooit gelukt en gaat ook nu niet lukken. Ik ben door de coronacrisis wel optimistischer geworden over de mogelijkheden die Europa en de Europese Unie hebben. Een aantal risico’s wordt niet meer toegestaan. Zo mag er geen “uitverkoop” van bedrijven richting China zijn en zijn de financiële mechanismen binnen de EU aangescherpt. We zien ook dat China tijdens de coronacrisis in belangrijke mate in het defensief is gedrongen. Het is dan wel geen garantie voor de toekomst, maar so far, so good.’

 

2049 is nog een kleine dertig jaar vanaf nu. Kunnen we wel zover in de toekomst kijken?

‘Absoluut. Om dat te verduidelijken gebruik ik altijd de metafoor van het weer. Mensen kijken naar het weer, maar je moet naar het klimaat kijken. Kijk je naar het klimaat, dan kun je zeker ver kijken. Inmiddels is iedereen er wel van doordrongen dat het klimaat verandert. Maar hoe hard gaat dat? Nu versnelt het. Dat geldt ook voor de geopolitieke wereld. Je kunt op het gebied van de internationale betrekkingen goed voorspellen welke kant het op gaat, maar je kunt niet voorspellen welk incident wanneer waar plaats vindt. Dat betekent dat je wel degelijk een aantal uitspraken kunt doen over de toekomst. Het is ook niet zo dat er drie, vier of vijf verschillende toekomstscenario’s zijn. Er is één scenario met een aantal variabelen. We zitten nu in het scenario van de opkomst van China en de afname van de Westerse macht. De coronacrisis versnelt een aantal zaken.’

 

Zijn we in staat om bij te sturen?

‘Nee, dat is het probleem, we zijn altijd te laat omdat we andere prioriteiten hebben. Zo’n vijftig jaar geleden wisten we ook al dat er een klimaatverandering zou komen. Honderd jaar geleden wisten we al dat CO2 impact heeft op het klimaat. De mens gaat echter pas reageren als ze geconfronteerd wordt met de effecten ervan. Zo is het in de internationale betrekkingen ook. We weten al twintig jaar dat China opkomt en dat we moeten bijsturen. Nu zien we door de nieuwe Zijderoute, het Belt and Road Initiative, de enorme investeringen en de hulpverlening aan China in het kader van de coronacrisis, dat er een versnelling plaatsvindt. China is niet meer te stoppen. Maar we deden niets omdat we het niet wilden zien. In de politiek speelt er nog wat anders: op het moment dat het zichtbaar wordt, moeten maatregelen worden genomen. Zijn die nog niet strikt noodzakelijk, dan worden de miljoenen of miljarden besteed aan andere zaken. Politiek is toch wel vaak van de korte termijn, maximaal vier jaar en elke dag een dag minder.’


« vorige pagina         meer nieuws »